Het overlijden van een vennoot in een personenvennootschap zoals een vof, maatschap of cv heeft zowel gevolgen voor de inkomstenbelasting als de erfbelasting. Voor de inkomstenbelasting leidt het overlijden ertoe dat de vennoot zijn onderneming staakt. Over de eventuele stakingswinst is hij inkomstenbelasting verschuldigd. Er bestaan echter faciliteiten om het betalen van de belasting te mitigeren of uit te stellen. Ook is het mogelijk om de inkomstenbelastingclaim door te schuiven naar de voortzetter. De verkrijgers krachtens erfrecht zijn over het verkregen ondernemingsvermogen erfbelasting verschuldigd. Onder voorwaarden kan daarbij gebruik worden gemaakt van de vrijstelling in de Successiewet 1956 (SW 1956). In deze bijdrage wordt op deze fiscale gevolgen ingegaan.