In deze bijdrage gaat de auteur in op de lucratiefbelangwetgeving. Voor de inkomstenbelasting wordt een lucratief belang belast onder de noemer ‘resultaat uit overige werkzaamheden’. Gevolg is dat de voordelen worden belast tegen een progressief tarief in box 1. Als het lucratief belang middellijk wordt gehouden (dus via een vennootschap) is het mogelijk om de voordelen uit een lucratief belang in box 2 te laten belasten (dus in plaats van box 1). Dit kan in de praktijk een planningsmechanisme zijn en uitkomst bieden als onzeker is of een belang als lucratief kwalificeert of niet.