De directeur-grootaandeelhouder (dga) beschikt veelal over een groep van BV’s. Zowel de BV’s als de dga kunnen een geldlening nodig hebben. De BV hoeft een lening niet altijd bij een externe partij af te sluiten. De BV’s kunnen onderling geld (uit)lenen. Maar ook de dga kan van of aan de eigen BV lenen. Op basis van de verslaggevingsaspecten en de kenmerken van de leningen, komen deze leningen op verschillende plaatsen in de jaarrekening terecht (rubricering). BV’s waarderen schulden en vorderingen tegen geamortiseerde kostprijs (waardering). Tot slot verstrekt de BV aanvullende informatie rondom de leningen (toelichtingsvereisten).